Teeltinstructie
Wanneer planten?
Afhankelijk van het weer kan er al vanaf half maart gepoot worden. Zolang de tempratuur maar boven de tien graden blijft.
Bewaren
Bewaar de pootaardappelen op een droge en koele plek
Voorkiemen (vanaf begin maart)
Voorkiemen zorgt ervoor dat het aardappeltje sneller gaat groeien in de grond. Zo bouw je een voorsprong op en zijn de aardappelen sneller klaar.
Door de aardappel op te warmen begint de aardappel te kiemen.
Wanneer de kiem zich begint te vormen, kunnen de aardappelen op een lichte plek gelegd worden. Hierdoor wordt de kiem sterker
Let wel op dat ze niet op een te warme en zonnige plek liggen!
Poten
Zorg dat de grond voldoende vochtig en bemest is.
Poot de aardappel op een afstand van 31 centimeter uit elkaar. Plaats de ruggen 50 centimeter uit elkaar (vanuit het hart gemeten).
Leg de aardappelen in een klein kuiltje zodat er vervolgens een laagje grond overheen kan.
Wanneer de aardappelplantjes bijna boven de grond komen, moet er weer een laagje grond overheen. Zo ontstaat er een aardappelrug.
Dit kun je herhalen totdat de aardappelrug ongeveer 20 centimeter hoog is.
Geef de aardappel met enige regelmaat water. Maar zorg dat ze niet te nat staan.
Oogsten
Het verschilt per ras wanneer deze geoogst kan worden.
- Vroege aardappelen: 90-100 dagen
- Middelvroege rassen: 100-120 dagen
- Halflate rassen: 120 dagen
- Late rassen: 150 dagen